Theo Visser (hier op archiefbeeld) scoorde afgelopen weekend vlak voor tijd de winnende 2-1 voor de thuisploeg.
Theo Visser (hier op archiefbeeld) scoorde afgelopen weekend vlak voor tijd de winnende 2-1 voor de thuisploeg.

SDO gelukkige winnaar in enerverend duel met Alphense Boys

Een spannende pot afgelopen zondag op de velden van SDO. Daar won de thuisploeg dankzij Theo Visser met 2-1 van Alphen aan de Rijn.


BUSSUM “Soms valt het kwartje de goede kant op, maar bij ons ook wel eens verkeerd dit seizoen”, merkte Ap Hartog, voorzitter van de technische commissie van SDO, op voor het begin van de thuiswedstrijd tegen Alphense Boys. Zondagmiddag viel het de goede kant op. Theo Visser scoorde vlak voor tijd de winnende 2-1 voor de thuisploeg.

Het duel tussen SDO en de bezoekers uit Alphen aan de Rijn ontvouwde zich als een spannend toneelstuk. Na de vroege 1-0 in de vierde minuut door Joost Heerschop ging het publiek er eens goed voor zitten. In de eerste helft dicteerde SDO de wedstrijd zonder dat er wat veranderde op het scorebord.

Spektakelstuk

Na de thee waren de hoofdrollen verwisseld. Alphense Boys had de regie en SDO kwam niet verder dan een bijrolletje. De oplopende emoties binnen en buiten het veld hielden gelijke tred met het naderen van het eindsignaal. Pas in de 83e minuut trokken de bezoekers de stand in evenwicht. In blessuretijd eiste Theo Visser voor SDO de hoofdrol op in het spektakelstuk. Een schitterend genomen vrije schop, daarbij geholpen door de wervelende wind, zeilde onbereikbaar voor de Alphense keeper in het doel. De tweede hoofdrol was voor SDO-keeper Rolf Hazelaar. In de 58e minuut stopte hij een penalty voor de bezoekers en keerde daarna nog vele doelrijpe kansen. Hij en de verdedigers hielden SDO in de wedstrijd.
Lachende gezichten en ongeloof over de afloop bij de spelers en staf na het enerverende duel met Alphense Boys. “De drie punten zijn binnen en dat is het belangrijkste”, was de terechte conclusie van trainer Koen Janssen. “In de eerste helft hadden we er meer uit moeten halen. Na de rust waren we een beetje de weg kwijt. De ruimtes tussen de linies werden te groot en daar profiteerde de tegenstander van. Het was lastig voetballen tegen deze goede ploeg, die zes wedstrijden op rij had gewonnen en vijf plaatsen hoger op de ranglijst stond. Nu hadden wij een keer het geluk mee." Door deze zwaarbevochten zege steeg SDO in de hoofdklasse A van het zondagvoetbal van de tiende naar de negende plaats op de ranglijst.

Het nieuws deze week was dat trainer Koen Janssen ook het volgend seizoen bij SDO blijft. De Bussumse ploeg is in de hoofdklasse de hoogst spelende ploeg in het amateurvoetbal. Janssen: “Ik heb het hier naar mijn zin en de spelersgroep wil ook graag door. Daarbij zijn de mogelijkheden in de regio om hoger op te komen niet zo groot”, aldus de coach uit Amersfoort. “Alleen IJsselmeervogels en Spakenburg spelen hoger. Ik weet dat we met deze jongens nog beter kunnen dan we nu voetballen. Als we aan de bal zijn, moet er nog meer vertrouwen komen. Dat moet er zondag zeker weer zijn als we uit spelen tegen hekkensluiter VOC in Rotterdam. Dan kunnen we met een goed gevoel de winterstop in.”

“We waren er met Koen Janssen snel uit over de contractverlenging”, meldt voorzitter TC Ap Hartog, al 20 jaar in verschillende voetbaltechnische functies vrijwilliger bij SDO. De laatste twee jaar leidt hij de technische commissie en is daardoor tevens bestuurslid. Dat houdt de lijnen kort.

Hartog: “Er zijn altijd wel wat verbeterpunten, maar per saldo zijn wij en ook de trainer content over de gang van zaken. Je moet tegenwoordig al in de december weten of je verder wil met een trainer terwijl de competitie nog niet eens halverwege is. Doe je dat in maart of april dan ben je te laat en vis je achter het net. Belangrijk is dat Janssen, die goed bij SDO past, openstaat voor overleg met zijn staf en de spelers. Het gaat iets minder dan in het vorig seizoen, maar er is geen paniek. Ambitie om te promoveren naar de 3e divisie is er niet. Maar als de kans zich voordoet, zullen we die grijpen."

Het gaat iets minder dan het vorig seizoen, maar er is geen paniek