Zaterdag zullen ze in actie komen op het EK in Bratislava.
Zaterdag zullen ze in actie komen op het EK in Bratislava. Foto: Bob Awick

Teams uit Naarden strijden zaterdag op EK ropeskipping

Twee teams van Keizer Otto zullen zaterdag touwtjespringen in Slowakije. Daar nemen ze het op tegen de beste uit heel Europa.

NAARDEN Ropeskipping, ofwel touwtjespringen, is als sport vrij onbekend en telt in Nederland slechts zo'n 100 enthousiastelingen. Toch doen zaterdag tijdens het EK in Bratislava (Slowakije) twee teams van turnvereniging Keizer Otto uit Naarden mee. Een podiumplaats zit er waarschijnlijk niet in - de sport is in andere landen veel groter - maar als middenmoter kunnen ze goed meekomen.

Tessa van der Mark (22) is in het dagelijks leven student pedagogische wetenschappen en buurtsportcoach. Ze ging op haar vierde op ropeskippingles. "Ik groeide op met touwtjespringen, mijn ouders hebben de sport naar Nederland gehaald. Overal in huis lagen touwtjes." Ook Robin Klaver, een 19-jarige student ALO is al lang bezig met de sport. Tessa: "Ropeskipping begint waar touwtjespringen ophoudt. Het wereldrecord staat op 110 sprongen." Robin legt uit dat je met beide voeten om en om springt, maar dat alleen de sprongen met je rechtervoet meetellen. Voor dit specifieke onderdeel worden ook speciale touwen van ijzerdraad gebruikt. Wil je een mooie boog dan gebruik je een exemplaar met kraaltjes, een zogenaamde beaded rope. Net zoals er verschillende touwen zijn zijn er ook drie soorten Europese kampioenschappen ropeskipping. Een individuele wedstrijd, een teamwedstrijd en een showwedstrijd met flink wat choreografie. Het EK van zaterdag is een showwedstrijd. De teams krijgen vier minuten de tijd om hun kunsten te laten zien. De frequentie van het trainen in aanloop naar de EK gaat ook iets omhoog. Normaal gesproken trainen ze twee uurtjes per week, nu is dat vier uur.
"Meer trainen is lastig, niet alleen qua tijd, maar ook qua belasting voor je lichaam. Met name je knieƫn en kuiten krijgen het flink te verduren." Dat neemt niet weg dat in bijvoorbeeld Amerika het aantal trainingsuren veel hoger ligt dan in Nederland en daar is het ook een sport waar op sommige scholen les in wordt gegeven. Tessa en Robin hopen dat de sport in Nederland ook meer aandacht krijgt. "Het is leuk en je leert snel trucjes. Bovendien is het laagdrempelig: je hebt alleen een touw en goede schoenen nodig en je kunt het overal doen."